Het bestuur van de Stichting DDS wil De Digitale Stad helpen, maar heeft daarvoor geen geld.
Volgende week woensdag komt het bestuur van de Stichting DDS bij elkaar om te kijken hoe zij de Vereniging in oprichting DDS (VioDDS) en DDS kan helpen bij het redden van DDS City. DDS City is het met opheffing bedreigde onderdeel van DDS waarin de gratis e-mailadressen en homepages zijn ondergebracht. “We hebben de morele verplichting om te kijken of we wat kunnen doen”, aldus Erik Huizer, een van de internetpioniers van Nederland en voorzitter van de Stichting DDS.
De stichting verkocht vorig jaar februari alle aandelen van De Digitale Stad aan de twee directeuren, Joost Flint en Chris Göbel. Sindsdien is de Stichting DDS ‘slapend’. “Onze enige bezigheid is contractbewaking. We zien er op toe dat Flint en Göbel de afspraken nakomen die we destijds overeen zijn gekomen.”
Het zou voor de hand liggen dat de stichting de VioDDS financieel zou steunen. De VioDDS streeft immers dezelfde doelen na die de stichting had. Beiden zetten zich in voor het publieke domein op de elektronische snelweg. Volgens Huizer hoeft de VioDDS echter niet te rekenen op financiële steun van de stichting. “Geld is er niet.”
Op de vraag waar het geld van de overname van DDS is gebleven, wil Huizer geen antwoord geven. “Dat laat ik in het midden.” Het bedrag dat met de overname gemoeid was, is altijd geheim gebleven. Op het moment dat de stichting de aandelen verkocht, had DDS volgens Huizer een schuld van een half miljoen gulden.
Behalve de VioDDS hebben zich ook verschillende bedrijven gemeld die geïnteresseerd zijn in de overname van DDS City. Huizer kan zich voorstellen dat de directie van DDS de voorkeur geeft aan een commerciële partij. “Flint en Göbel hebben veel eigen geld in DDS zitten. Het zou begrijpelijk zijn als ze dat eruit willen redden.”