Providers zien niets in samenwerking aftappen

Dat blijkt uit een e-mail die Hans Leemans, directeur van de Nederlandse Vereniging voor Internetproviders (NLIP), aan de deelnemers van het Nationaal Aftapoverleg heeft gestuurd.

In april lanceerde de NLIP het plan om een ‘beheersorganisatie’ op te richten die de providers het aftapwerk uit handen moet nemen. Sinds 15 april zijn providers wettelijk verplicht om abonnees af te tappen als de opsporingsdiensten daarom vragen.

Maar de Nederlandse internetaanbieders staan niet te trappelen om met de ‘beheersorganisatie’ van de NLIP mee te doen, zo blijkt uit de e-mail van Leemans. “De werkelijke behoefte aan gemeenschappelijke diensten [blijkt] vooralsnog klein”, schrijft Leemans.

Levensvatbaar

Daarmee dreigt de Nationale Beheersorganisatie Internet Providers (NBIP) een doodgeboren kindje te worden. “Het zou inderdaad kunnen dat we uiteindelijk afzien van het oprichten van de organisatie”, zegt Leemans. “Jammer, want we hebben er al veel tijd in zitten.”

“Als er te weinig providers zijn die zich aanmelden, is het financieel niet meer interessant om een organisatie op te zetten”, aldus Leemans. “Het voordeel van een grote beheersorganisatie zou juist zijn geweest dat we kosten met een groot aantal leden kunnen delen. Met weinig leden is het prijsverschil tussen zelf doen of samenwerken nog maar klein.”

Dat er geen gemeenschappelijke aftapinstelling komt, betekent niet dat de providers niet kunnen voldoen aan de wettelijke aftapverplichting. “Er zijn verschillende bedrijven die dezelfde dienst kunnen bieden”, zegt Leemans.

Daarnaast is er volgens de e-mail van Leemans al een NLIP-lid dat een technische aftapdienst heeft ontwikkeld ‘die vergelijkbaar is met die van de NBIP en een alternatief kan zijn voor deelname aan de NBIP’. Welke provider dat is, wil Leemans niet zeggen.

Terreuraanslagen

Wel vreest Leemans dat veel kleine internetproviders zullen besluiten om hun netwerk niet aftapbaar te maken. “Ik heb het idee dat sommige kleine aanbieders niets doen. Daarom heb ik ook die e-mail verstuurd: om het belang van het installeren van aftapapparatuur te onderstrepen.”

De druk op providers om aan de aftapverplichting te voldoen is volgens Leemans na de terreuraanslagen in de Verenigde Staten alleen maar toegenomen. “De overheid is zich aan het roeren. Nederland staat natuurlijk zelf ook onder druk, nu we deel uitmaken van de coalitie tegen terrorisme. Het is in het buitenland moeilijk te verkopen dat er al sinds 15 april een wettelijke aftapverplichting is, maar dat nog geen enkele provider daaraan kan voldoen.”

De verwachting is dat de eerste Nederlandse internetaanbieders in het eerste kwartaal van 2002 aan de aftapverplichting kunnen voldoen. Of dat met of zonder een centrale beheersorganisatie gebeurt, wordt duidelijk op 20 november. Dan vindt een vergadering van het Nationaal Aftap Overleg plaats.