Nederlands kabinet blijft voor softwarepatenten

“Dit was eindelijk weer eens een inhoudelijk debat”, verzuchtte Dieter van Uytvanck, een van de woordvoerders van Vrijschrift.nl (een organisatie van tegenstanders van softwarepatenten), na afloop van een overleg over softwareoctrooien dat woensdagmiddag in de Tweede Kamer plaatsvond.

Inderdaad ging het tijdens het debat tussen de Kamer en staatssecretaris Karien van Gennip (Economische Zaken) deze keer voor het eerst in tijden niet hoofdzakelijk om procedurele zaken, maar over de voor- en nadelen van softwarepatenten.

Het belangrijkste onderwerp van het debat was het onlangs uitgebrachte advies van een commissie onder voorzitterschap van het voormalige D66-kamerlid Francine Giskes. Deze commissie adviseert om patenten op software toe te staan.

Triviale patenten

Veel kleine, onafhankelijke softwaremakers zijn daar tegen. Zij menen dat het toestaan van softwarepatenten voornamelijk grote bedrijven, zoals Microsoft en Philips, zal bevoordelen. Kleine bedrijven en makers van open-sourcesoftware zullen het onderspit delven. Bovendien vrezen de tegenstanders van softwareoctrooien voor patenten op ’triviale uitvindingen’, bijvoorbeeld op het dubbelklikken met een muis.

De commissie-Giskes deelt de zorg over triviale patenten, maar trekt daaruit niet de conclusie dat Europa softwareoctrooien niet zou moeten toestaan. In plaats daarvan zou de verstrekking van het patenten beter moeten worden geregeld. Patentbureaus moeten octrooien op triviale uitvindingen simpelweg niet meer toestaan.

Kompas

De conclusies van de commissie-Giskes werden omarmd door CDA en VVD. “Octrooien vormen een meerwaarde in het innovatieve proces”, meent Jos Hessels (CDA). Als bedrijven hun vindingen niet kunnen beschermen met een patent, wordt het minder aantrekkelijk om geld te steken in onderzoek.

Ook staatssecretaris Van Gennip is ingenomen met het advies van de commissie. In een brief aan de Kamer schrijft zij: “Uitvindingen die in of met behulp van software en/of computerprogramma’s worden gerealiseerd, moeten onder het octrooirecht niet anders behandeld worden dan andere vormen van techniek.”

In het overleg op woensdagmiddag voegde de staatssecretaris daar aan toe dat het advies wat haar betreft dienst zal doen als ‘het kompas voor de Nederlandse standpuntbepaling’.

Auteursrecht

De linkse oppositie – al sinds jaar en dag tegenstander van de mogelijkheid om in Europa softwarepatenten toe te staan – staat op dit punt lijnrecht tegenover de staatssecretaris. De PvdA, GroenLinks en SP zien niets in het octrooieerbaar maken van software.

“Het advies van de commissie-Giskes sluit niet aan op het kompas van de Kamer”, aldus PvdA-kamerlid Martijn van Dam. Hij wees op eerdere moties waarin de Tweede Kamer zich heeft uitgesproken tegen softwareoctrooien.

Volgens Van Dam wordt software al voldoende beschermd door het auteursrecht. Een extra bescherming in de vorm van een patent is niet nodig en bovendien fnuikend voor de innovatie. “Als het mogelijk was geweest om een patent aan te vragen op een media player, hadden we nooit de ontwikkeling gehad die we nu zien.”

Kees Vendrik (GroenLinks) viel Van Dam bij. “We hebben juist meer marktwerking in de software-industrie nodig. Er moeten meer kansen komen voor kleine, startende bedrijven. Meer patenteerbaarheid betekent minder innovatie. Software wordt beschermd door het auteursrecht, laten we het daarbij laten.”

Octrooibureau

Volgens staatssecretaris Van Gennip maken de PvdA, GroenLinks en SP zich ten onrechte zorgen. “Het is niet de bedoeling dat wij op Amerikaanse wijze octrooien gaan verlenen”, aldus Van Gennip. “Software as such wordt niet octrooieerbaar, ook niet volgens de commissie-Giskes.”

“De problemen met triviale patenten moeten we bij de bron aanpakken”, vindt Van Gennip. Zij wees op een recent initiatief van Nederland om de kwaliteit van de door het Europees Octrooibureau verstrekte patenten op de agenda te zetten. “Het Europees Octrooibureau moet consequent en streng zijn bij het toewijzen van octrooien.”

Van Dam vroeg zich af of dergelijke initiatieven veel zoden aan de dijk zetten. Een octrooibureau heeft er immers een financieel belang bij om zoveel mogelijk patentaanvragen toe te wijzen. “Een patentbureau leeft bij het verstrekken van patenten, niet bij het weigeren ervan.”

Europarlement

Hoe het verder gaat met de Europese plannen voor softwarepatenten hangt voor een groot deel af van wat er binnenkort in Brussel gaat gebeuren. In de komende maand buigt het Europees parlement zich over de voorstellen.

In het Europarlement zullen de voorstellen waarschijnlijk op flink verzet stuiten. Het parlement heeft honderden amendementen (wijzigingsvoorstellen) voor de softwarepatentenrichtlijn klaarliggen. De Europarlementariër die het initiatief neemt bij de behandeling van het voorstel, de Fransman Michel Rocard, is bovendien een verklaard tegenstander van softwareoctrooien.

Als het Europarlement de richtlijn heeft behandeld, moeten de Europese regeringen zich er weer over buigen. Staatssecretaris Van Gennip denkt dat dit niet voor september zal gebeuren. Na het zomerreces zal de Tweede Kamer weer met de staatssecretaris om tafel gaan zitten om het Nederlandse standpunt definitief te bepalen. Tot het zover is, zal Nederland geen officieel standpunt uitdragen in Brussel, zo beloofde Van Gennip.

D66

Gelet op de verhoudingen in de Tweede Kamer kan de positie van coalitiepartij D66 van groot belang zijn. In het Europees Parlement speelde het toenmalige parlementslid Johanna Boogerd een belangrijke rol bij het op de agenda zetten van het onderwerp softwarepatenten.

In het kabinet ontpopte D66-minister Laurens Jan Brinkhorst zich daarentegen als een pleitbezorger van de Europese richtlijn die het patenteren van software mogelijk maakt.

Tijdens het debat op woensdagmiddag hield D66-kamerlid Bert Bakker zich op de vlakte over het standpunt van zijn fractie. Hij beperkte zich tot enkele vragen aan de staatssecretaris.