De Amsterdamse wethouder Mark van der Horst en de stadsdeelwethouder Lars Nanninga hebben verschillende prioriteiten voor de ‘internetproeftuin’ Cyburg.
Stadsdeelwethouder Lars Nanninga legde bij de officiële opening woensdag met name de nadruk op de emancipatoire doelstellingen van Cyburg. Hij wil dat ook de allochtone bewoners van het stadsdeel Zeeburg toegang krijgen tot internet.
Hij noemt de etnische verschillen in internetgebruik in Zeeburg ‘onrustbarend’. “We moeten de kloof verkleinen. Alle Amsterdammers moeten profiteren van internet. Dat is nu nog niet zo. Van de Surinamers heeft nu 58 procent toegang tot internet. Bij Turken ligt dat op 10 procent, terwijl Marokkanen niet verder komen dan 2,5 procent.”
Het stadsdeel Zeeburg omvat zowel het relatief welgestelde Oostelijk Havengebied als de arme wijk de Indische Buurt. “In het Oostelijk Havengebied heeft 73 procent toegang tot internet, in de Indische Buurt 44 procent”, aldus Nanninga.
Mark van der Horst, wethouder ict van de centrale stad, noemt daarentegen ‘het experiment’ de belangrijkste doelstelling voor Cyburg. “Met Cyburg kunnen we proberen te voorspellen hoe Amsterdam er over tien jaar uitziet.”
Wat betekent dat in de praktijk?
Van der Horst: “Durf je bijvoorbeeld je buurmeisje via de webcam op je kind te laten passen? Gaan mensen een pizza bestellen via het internet? Technisch kan al van alles, maar slaat het in de praktijk ook aan? Dat is de vraag die we met Cyburg hopen te beantwoorden. Dat kan betekenen dat allerlei zaken geen succes worden, maar dat is niet zo erg.”
Nanninga legt de nadruk op de emancipatie van achtergestelde groepen.
“Het zal interessant zijn om te zien of de integratie van minderheden via Cyburg wordt verbeterd. Ook dat is weer een experiment. Misschien draagt zo’n project bij aan de integratie, maar het zou evengoed kunnen dat Marokkaanse vrouwen door internet nog meer in een isolement terecht komen.”
Als je graag wilt weten hoe Amsterdam er over tien jaar uit ziet, kun je toch ook gewoon wachten tot het zover is? Waarom moet daar ruim tien miljoen euro aan worden uitgegeven?
“Amsterdam loopt voorop en dat willen we graag zo houden. Dat bedrag valt wel mee. In het onderwijs is de laatste jaren het duizendvoudige aan experimenten uitgegeven.”