‘Aandacht in andere media opent deuren’

Hoe zorg je ervoor dat andere media je onthulling oppikken? “In de eerste tien jaar van Argos verstuurden we na elke uitzending een persbericht. Dat leverde nooit wat op. Vijf jaar geleden hebben we onze strategie gewijzigd en hebben we besloten om verhalen van tevoren weg te geven. Dat werpt zijn vruchten af”, vertelde Kees van den Bosch, VPRO-radiomaker van het programma Argos, maandagavond tijdens een VVOJ-café over de ‘mediamarketing van het onderzoeksverhaal’.

Onder leiding van Cees Grimbergen discussieerden Van den Bosch, Marc Josten (Reporter), Robert Sikkes (Onderwijsblad), Vincent Dekker (Trouw) en Koert Bouwman (AD) over het onder de aandacht brengen van primeurs bij andere media.

Van den Bosch hecht er groot belang aan dat andere media de verhalen van Argos overnemen. “Ik wil dat het nieuws verder komt, maar ik heb ook een winkel. De laatste jaren heeft Argos meer succes in de pers en dat opent deuren.”

Media-aandacht is bovendien belangrijk voor de positie van de onderzoeksjournalisten binnen hun eigen organisatie. Onderzoeksjournalistiek is duur en om bezuinigingen te voorkomen is aandacht elders van levensbelang. Josten (Reporter): “We hebben eens in de twee jaar een dijk van een onthulling nodig om ons voortbestaan te kunnen garanderen.”

Doelgroepmarketing
Of andere media een verhaal overnemen, is van een groot aantal factoren afhankelijk. Timing speelt een belangrijke rol. Op nieuwsluwe dagen maak je een grotere kans dat je verhaal elders wordt opgepikt. “Dinsdag is een goede dag”, doceerde Sikkes. Als een bericht aansluit op de actualiteit maak je ook meer kans. “Om die reden hebben we een keer een verhaal over topsalarissen in het onderwijs naar voren gehaald. We wisten dat de commissie-Dijkstal met een rapport over hetzelfde onderwerp zou komen.”

Volgens Josten moeten onderzoeksjournalisten aan ‘doelgroepmarketing’ doen. “Als we een verhaal over de islam brengen, wil De Telegraaf het wel hebben, maar in een onthulling over de Irak-oorlog zijn ze minder geïnteresseerd.” Van den Bosch: “Nadeel is wel dat een primeur die je aan één krant geeft, door alle andere kranten totaal wordt genegeerd.”

Het is een fenomeen dat Sikkes bekend voorkomt. “Als NRC Handelsblad een onderwerp heeft, dan doet de Volkskrant lekker niets.” Het Onderwijsblad is daarom terughoudender geworden met exclusieve afspraken. “Het onderwijs is te belangrijk om het met één medium te delen.”

Bij het Algemeen Dagblad maken de onderzoeksjournalisten overigens weinig kans. Bouwman: “Een onthulling van een niet-AD-journalist op de voorpagina komt bijna niet voor. Bij het AD bestaat de filosofie dat nieuws nieuw moet zijn: de lezer moet hetzelfde verhaal niet al de vorige dag op het Journaal of op internet hebben gezien.”

Grote teleurstelling
Media-aandacht elders is één ding, maar pas echt leuk wordt het als een verhaal ook maatschappelijk effect heeft. Bijvoorbeeld als er meer geld voor het onderwijs beschikbaar komt, omdat de Volkskrant* schrijft over Amerikaans onderzoek naar klassenverkleiningen.

Maatschappelijke en politieke consequenties van een verhaal laten zich echter moeilijk voorspellen, vertelde Josten. “Toen we bekendmaakten dat Bolkestein als commissaris van MSD zijn ‘Beste Els’-briefje had verstuurd naar minister Borst, had dat bijvoorbeeldgeen enkele consequentie. In elk normaal land zou zo iemand aftreden, maar hier gebeurde niets. Toen we daarentegen een pesterig stuk schreven over Roel in ‘t Veld en zijn bijverdiensten, kon hij meteen zijn biezen pakken.”

Ook Dekker (Trouw) ondervond dat onthullingen lang niet altijd politieke consequenties hebben. In 1994 becijferde hij dat de prognoses voor de groei van Schiphol niet klopten. De groei van de luchthaven werd met opzet te laag voorgespiegeld, zodat de aanleg van de ‘vijfde baan’ (eigenlijk de zesde baan) kon worden doorgezet. “Volgens de prognoses zouden er in 2015 vierhonderdduizend vluchten plaatsvinden en veertig miljoen passagiers worden verwerkt. Toen ik dat ging narekenen, ontdekte ik dat we die aantallen al in 2000 zouden halen. Ik dacht: nu heb ik wel iedereen wakker. Maar minister Jorritsma kwam er gewoon mee weg. Dat was wel een grote teleurstelling.”

Dit artikel verscheen op De Nieuwe Reporter.