Betaalmuur decimeert invloed van kranten

Als kranten zich achter een betaalmuur verschansen, ondergraaft dat hun invloed op het publieke debat nog verder, waarschuwt columnist Maarten Reijnders.

In 2000 werkte ik een blauwe maandag op de internetredactie van het dagblad Trouw. In de tijd dat ik daar zat, vond in Enschede de vuurwerkramp plaats. Een voor krantensites pijnlijke affaire: omdat de ramp zich op een zaterdag voltrok, gebeurde er op veel sites urenlang helemaal niets. Sommige kranten zetten zelfs pas op maandag de eerste foto’s en artikelen online.


De reden: de meeste internetredacties werkten niet in het weekend. Het werk van online redacteuren bestond destijds sowieso nog voornamelijk uit het online knallen van stukken die die ochtend in de krant hadden gestaan. De site gedurende de dag updaten met ‘breaking news’ was er nauwelijks bij.

Zelf sloeg ik het ontbreken van nieuwsberichten op Trouw.nl en andere krantensites met gekromde tenen gade vanuit een internetcafé in Londen (ik was ten tijde van de ramp op vakantie). Ondertussen las ik het nieuws over de ramp bij de publieke omroep en bij een nieuwsbron die toen net met een grote opmars was begonnen: het weblog. Met name het destijds roemruchte blog Alt0169.com onderscheidde zich door voortdurend met updates te komen.

Kannibalisatie

De zeperd met de Enschedese vuurwerkramp leidde tot het nodige debat bij kranten. De journalistenvakbond NVJ organiseerde een debat in Nieuwspoort en ook bij Trouw vond er een heus debat plaats over de vraag of de krant ook gedurende de dag nieuws moest brengen.

De hoofdredactie van de krant had mij zo gek gekregen om de stelling te verdedigen dat het een goed idee was om ook overdag nieuws te brengen op de site. Mijn opponent wierp tegen dat het alvast weggeven van nieuws dat de volgende dag pas in de krant zou staan een vorm van kannibalisatie was. Het zou ten koste gaan van de oplage (en dus van de winst).

Was die vrees voor kannibalisatie terecht? Bijna dertien jaar later zijn de kranten niet te benijden. Er is minder geld, redacties worden ingekrompen. De gezamenlijke oplage van de betaalde Nederlandse dagbladen is vandaag de dag een kwart lager dan in 2000. En het treurige is dat de adverteerders nog harder zijn weggerend dan de lezers.

Is dat allemaal gebeurd omdat kranten besloten om hun sites ook overdag te updaten en meer artikelen gratis weg te geven? Of is er wellicht een andere reden voor de malaise: is die wellicht veroorzaakt door veranderd mediagebruik bij de voormalige lezers? Hebben de lezers van vroeger dankzij internet niet gewoon minder tijd om een krant te lezen, en zeggen ze daarom hun abonnement op? Nemen ze tegenwoordig genoegen met een gratis dagblad?

De vraag is bovendien of de kranten wel een keuze hadden. Hadden zij het zich kunnen permitteren om het brengen van nieuws volledig over te laten aan internet-only media zoals Nu.nl?

Tandpasta

De spagaat waarin de kranten dertien jaar geleden zaten, is nog onverminderd actueel. Natuurlijk, inmiddels plaatsen alle kranten de hele dag door nieuws. De kans dat daar ooit nog verandering in gaat komen, is klein. ‘Hard nieuws is gratis en zal ook gratis blijven, of we het nu leuk vinden of niet’, stelt Laurens Verhagen, de baas van Volkskrant.nl, bijvoorbeeld. ‘We kunnen de tandpasta niet terug in de tube duwen.’

Het nieuwe dilemma doet zich voor bij artikelen die niemand anders heeft: primeurs, reportages, gedegen analyses en columns. Moeten kranten die gratis op hun site zetten of niet? Telkens als dagbladen een primeur hebben, moeten ze die afweging maken. Maar al te vaak besluiten ze om het eigen nieuws niet online te zetten. Wie geïnteresseerd is, moet de krant maar kopen, zo is de gedachte.

Het probleem is echter dat het ANP een dergelijke scoop vaak oppikt, waarna het nieuws alsnog overal te lezen is. Inclusief op de site van de krant die het nieuws als eerste bracht. Alleen staat het er dan als ANP-bericht (met daarin het pijnlijke zinnetje “Dat meldt dagblad Trouw”, of: “Dat meldt de Volkskrant vandaag”).

Dit weifelachtige optreden van de Nederlandse dagbladen ten aanzien van internet heeft er mede toe geleid dat de grootste Nederlandse nieuwssite, Nu.nl, niet wordt gemaakt door een krantenredactie, maar door een internetredactie. Bij Nu.nl en andere online-only media blijven ze niet een halve dag op het nieuws zitten, ze gooien het gewoon zo snel mogelijk online. Zorgen over het kannibaliseren van het papieren product zijn er immers niet.

Vijf of tien cent

2013 Lijkt het jaar te worden dat de Nederlandse dagbladen massaal aan de betaalmuur gaan. Nu kun je je al sinds jaar en dag op een digitale versie van de krant abonneren of voor veel te veel geld artikelen uit het archief kopen, maar dit jaar gaat het allemaal anders worden. Makkelijker, goedkoper en beter.

NRC-hoofdredacteur Peter Vandermeersch beloofde vorige week in DWDD bijvoorbeeld dat het vanaf dit najaar mogelijk moet zijn om op NRC.nl voor vijf of tien cent losse artikelen (“de beste analyse over waarom de Verenigde Staten niet tussenkomen in Syrië maar wel in Libië, of een geweldige column van Bas Heijne op zaterdag”) aan te schaffen.

Dat betekent dat NRC Handelsblad geld gaat vragen voor artikelen die nu nog gratis worden weggegeven. De eerste gevolgen daarvan zijn al merkbaar: om de lezers ervan te doordringen dat het niet mogelijk is om alles maar direct gratis weg te geven, staat de column van Bas Heijne tegenwoordig een dag later online, de stukken van Marc Chavannes maar liefst 14 (!) dagen later.

Spotify voor kranten

Gaan de tolpoortjes werken? Nederlandse krantenuitgevers putten hoop uit de ontwikkelingen in de Verenigde Staten waar betaalmuren op krantensites enig succes lijken te hebben. The New York Times heeft inmiddels het indrukwekkende aantal van 592.000 betalende internetabonnees, en de grootste Amerikaanse dagbladenuitgever, Gannett, zag in het laatste kwartaal de omzet stijgen – volgens eigen opgave met dank aan de invoering van tolpoortjes.

Maar Nederland is geen Amerika. Zullen Nederlandse krantenlezers ook de portemonnee gaan trekken? Of wijken ze liever uit naar gratis alternatieven? De ervaring leert dat het lastig is om mensen te laten betalen voor zaken die ze voorheen gratis kregen.

Daarnaast hangt veel af van de uitvoering. Een Spotify voor kranten zou ongetwijfeld de nodige abonnees trekken, maar de kans dat de Nederlandse kranten voor zo’n model kiezen lijkt vooralsnog klein.

Het publieke debat

Een andere belangrijke vraag is wat de invoering van een betaalmuur betekent voor de positie die de krant inneemt. Journalisten en opiniemakers schrijven doorgaans niet louter voor het geld, ze willen ook een rol spelen in het publieke debat. Met de informatie die zij boven tafel halen en de opinies die zij publiceren, stellen ze hun lezers in staat om zich een mening te vormen over het land en de wereld waarin wij leven.

Het publieke debat wordt meer en meer online gevoerd. Als kranten een rol willen blijven spelen in dat debat, ontkomen ze er niet aan om eigen, duurbetaalde stukken online te zetten. Neem de recente verkrachtingscolumn van Asha ten Broeke uit dagblad Trouw. Zou daar ook zo’n debat over zijn ontstaan als het artikel niet online had gestaan? Nu hadden ook mensen die Trouw niet lezen, het over dat stuk.

Door meer artikelen achter een tolpoortje te verbergen, snijden kranten zichzelf af van dat debat op internet. Op papier wordt de krant nu al veel minder gelezen, maar wat nu als de krant straks door het optrekken van betaalmuren ook online minder lezers trekt?

Zilvervloot

Een tolpoortje kan er op den duur toe leiden dat de invloed van de krant nog verder afneemt. Wie een primeur heeft, gaat vermoedelijk liever naar een medium met een zo groot mogelijk bereik (Nu.nl bijvoorbeeld) dan naar een dagblad dat het nieuws vervolgens achter een betaalmuur verstopt.

Journalisten en columnisten vinden het doorgaans fijn dat hun stukjes online verschijnen. Zo bereiken ze een groter publiek. Sterker nog: regelmatig dringen columnisten er bij de redactie op aan om hun stukje toch zo snel mogelijk online te zetten (al zijn niet alle hoofdredacteuren daar even enthousiast over).

Er zijn wellicht goede bedrijfsmatige redenen om de kranteninhoud achter een tolpoortje te stoppen. Maar stel nu eens dat de introductie van al die betaalmuren er niet toe leidt dat de zilvervloot komt binnenvaren bij de krantenuitgevers: dan raken dagbladen én hun lezers kwijt én hun invloed. Geen vooruitzicht om vrolijk van te worden.

Deze column verscheen op Webwereld.