De OPTA legde Groenendaal eind december een boete van 25.000 euro op. De telecomwaakhond had in totaal 160 klachten ontvangen over spamberichten waarvoor Groenendaal medeverantwoordelijk was.

De Hilversumse uitgever liet vrijwel meteen weten het niet eens te zijn met de boete. De spam zou zijn verstuurd zonder dat Groenendaal daarvan op de hoogte was geweest. Volgens Groenendaal was het bewijs van de OPTA onvoldoende.

De kritiek van de Hilversumse uitgever spitste zich toe op de door de OPTA gebruikte verklaringen van de ontvangers van de spam. De OPTA had drie van de 160 klagers verzocht om een verklaring af te leggen over de ontvangen spam. Eén verklaring was afkomstig van een provider. Die verklaring was niet geldig: alleen consumenten kunnen een klacht indienen.

De andere twee verklaringen waren afkomstig van Rejo Zenger en Karin Spaink, die beiden actief zijn voor Spamvrij.nl. Omdat Zenger en Spaink consumenten zijn, mogen zij wel gewoon een klacht indienen, oordeelde de OPTA.

Beroepsmogelijkheden

De telecomwaakhond is niet van zins om het boetebesluit aan te passen. “Wij houden het besluit staande”, aldus woordvoerder Edwin van de Haar. In maart of april zal Groenendaal het officiële besluit van de OPTA ontvangen.

Daarna heeft Groenendaal nog twee beroepsmogelijkheden. Eerst bij de rechtbank in Rotterdam en daarna bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBB). “Maar als we daar zijn aanbeland, zitten we al in 2008”, verwacht Van de Haar.

Groenendaal wil geen toelichting geven op het bezwaar tegen het besluit van de OPTA. “Ik geef geen commentaar”, zegt Johan Mulder van Groenendaal.

Groenendaal is de enige beboete spammer die bezwaar heeft aangetekend tegen het besluit van de OPTA. De andere twee bestrafte spammers zijn akkoord gegaan met de boete.

Update, 15:00 uur: In tegenstelling tot wat OPTA-woordvoerder Edwin van de Haar eerder stelde (“Wij houden het besluit staande”), heeft de OPTA nog geen beslissing genomen over het bezwaar van Groenendaal. “Het besluit zit nog in de bezwaarfase”, stelt Van de Haar. “Dat betekent dat wij het besluit nog een keer van alle kanten tegen het licht houden.”