Concurrentie? Nu even niet!

Goed, Nederland is na Chili dus het tweede land geworden waar netneutraliteit wettelijk verankerd is. Voorwaar iets om trots op te zijn!

Waar we minder trots op kunnen zijn, is de reden waarom deze wetgeving überhaupt nodig was: de door KPN en Vodafone voorgestelde Whatsapp-belasting. Zouden KPN en Vodafone dat bizarre plan ook bedacht hebben als ze serieuze concurrentie hadden gehad? Vermoedelijk niet. Dan was het gevaar immers veel te groot geweest dat hun klanten massaal waren overgestapt.

Nu konden mobiele internetters geen kant op. Natuurlijk, er is nog een derde mobiele aanbieder, T-Mobile. Die had weliswaar geen plannen voor een Whatsapp-tax, maar heeft als nadeel dat het voor abonnees elke keer weer een verrassing is of een telefoongesprek tot stand kan komen.

De reden dat KPN en Vodafone dachten weg te komen met hun arrogante voorstel heeft kortom alles te maken met de gebrekkige concurrentie op de Nederlandse markt voor mobiele telefonie.

Jesusphone

Van de vijf mobiele netwerken die Nederland ooit kende, zijn er nu nog drie over (KPN nam in 2005 Telfort over, T-Mobile deed in 2007 hetzelfde met Orange). Dat dit oligopolie elkaar onvoldoende beconcurreert, bleek niet alleen in het netneutraliteit-dossier.

Ga bijvoorbeeld even mee terug naar vorig jaar. Nadat T-Mobile tijdenlang het alleenrecht had op het aanbieden van iPhone-abonnementen in Nederland, begonnen KPN en Vodafone eind 2010 ook met de verkoop van abonnementen in combinatie met de Jesusphone. Goed nieuws voor de consument die eindelijk wat te kiezen heeft. Zou je denken.

De aanbiedingen van KPN en Vodafone waren echter bepaald niet goedkoper dan die van T-Mobile. En wat was vervolgens de reactie van T-Mobile? Het bedrijf besloot zijn iPhone-prijzen omhoog te gooien. Leve de marktwerking!

Rustig slapen

Hoe heeft het eigenlijk zover kunnen komen? Bij de fusiegolf op de mobiele-belmarkt legde de Nederlandse politiek de belbedrijven geen strobreed in de weg. Toen T-Mobile Orange overnam, was er bijvoorbeeld maar één partij die daarover bij de minister aan de bel trok. De PvdA van de deze week zo verguisde Martijn van Dam.

In antwoord op kamervragen van Van Dam wist de toenmalige minister van Economische Zaken, Maria van der Hoeven, echter te melden dat de overname niet zou leiden tot minder concurrentie. De consument hoefde niet te vrezen dat hij duurder uit zou zijn. Gaat u maar rustig slapen.

Deze houding waarbij kamerleden en bewindslieden ervan uitgaan dat het allemaal wel goed zal komen en dat bedrijven met een dominante marktpositie daar heus geen misbruik van zullen maken, is illustratief voor de manier waarop de politiek de afgelopen jaren is omgesprongen met de infrastructuur van de 21ste eeuw. De consument betaalt daarvoor de rekening, in de vorm van te hoge prijzen en slechte dienstverlening.

Nu nog even niet

Het mooiste voorbeeld van het welhaast onbeperkte vertrouwen dat de politiek heeft in de goedertierenheid van (buitenlandse) bedrijven is de kabel. Ooit eigendom van de gemeenten maar in de jaren negentig geprivatiseerd.

Terwijl de eveneens geprivatiseerde PTT/KPN zijn netwerk moest openstellen voor concurrenten, bleven de kabelbedrijven buiten schot. De toenmalige staatssecretaris Rick van der Ploeg had rond de eeuwwisseling weliswaar een plan om kabelaars te verplichten om hun netwerk te openen voor concurrenten (zo wilde XS4ALL in die dagen graag internet via de kabel aanbieden), maar door politieke lankmoedigheid kwam het er nooit van.

‘In principe moet de kabel vrij toegankelijk zijn voor aanbieders van internet, maar de politiek moet zich niet te veel laten leiden door de consumentenbelangen op korte termijn’, meende de VVD bijvoorbeeld in 2000. ‘Directe openstelling van de kabel zal de huidige technische problemen alleen maar verergeren.’ Met andere woorden: we zijn voor concurrentie, maar nu nog even niet.

Dat is vervolgens jarenlang de beleidslijn gebleven. Openstellen van de kabel? Ja, daar zijn we voor! Dat moeten we een keer gaan doen! Later…

Fatalistisch

Vandaag is bekend geworden dat de kabel van telecomwaakhond OPTA niet open hoeft, omdat analoge tv er niet meer toe doet. Hoe fatalistisch wil je het hebben? Jarenlang niets doen en dan vervolgens concluderen dat ingrijpen geen zin meer heeft.

Des te meer reden om nu wel werk te maken van het openstellen van de kabel voor diensten die er nog wel toe doen, zou je zeggen. Maar het zou me niets verbazen als de OPTA en de politiek precies omgekeerd redeneren: als we nu maar lang genoeg niet ingrijpen, doen digitale televisie en internet via de kabel er op een goede dag ook niet meer toe…

Volgens mij ligt hier een mooie kans voor het ‘liberale’ kamerlid Afke Schaart (VVD) om zich te revancheren voor haar beschamende optreden in de debatten over netneutraliteit. Zorg er nu eens voor dat de kabel echt opengaat voor concurrenten van UPC en Ziggo. Daarmee doe je je oude werkgever KPN ook nog eens een groot plezier.