Brink wil dat pers hand in eigen boezem steekt

De advocaten Hammerstein en Spong hadden vorig jaar namens een aantal boze beleggers aangifte gedaan tegen Brink. Na onderzoek van de Economische Controledienst (ECD) heeft de Officier van Justitie echter besloten dat Brink geen verdachte is.

“Ik ben van alle blaam gezuiverd”, concludeerde Nina Brink vandaag op een bijeenkomst met de pers. Een persconferentie mogen we het niet noemen; volgens Brink gaat het om een ‘gedachte-uitwisseling’.

Die ‘gedachte-uitwisseling’ is volgens Brink hard nodig. Want ze is niet te spreken over de rol van de media. Die hebben volgens haar tijdens het drama van World Online een eenzijdige voorstelling van zaken gegeven. “Ik hoop dat jullie een keer de hand in eigen boezem steken. Ik heb zoveel onwaarheden gelezen.”

Spreekbuis

Volgens Brink hebben de media zich ‘onder druk van de commercie’ te veel opgesteld als spreekbuis van haar tegenstanders. Bovendien kreeg zij de schuld voor alles wat er misging bij de beursgang van World Online. Ten onrechte natuurlijk. Het Openbaar Ministerie heeft immers besloten om Brink niet te vervolgen. Eerder waren de Stichting Toezicht Effectenverkeer (STE) en de AEX/Euronext al tot dezelfde conclusie gekomen.

Maar er is toch nog ook nog een andere verantwoordelijkheid dan de juridische verantwoordelijkheid, proberen de aanwezige journalisten. Veel beleggers voelen zich door Brink misleid. “Hoe weet u hoe de beleggers erover denken? De beleggers hebben de media gevolgd”, meent Brink.

“Bovendien was het de beleggers in World Online niet te doen om het rendement op lange termijn”, valt haar advocaat Vladimiroff bij. “De beleggers hebben belegd om speculatieve redenen.”

Stopbord

Maar heeft Brink met de advertentiecampagne en de roadshow voorafgaande aan de beursgang van World Online zelf niet bijgedragen aan de speculatiedrift bij beleggers? “De advertentiecampagne was de verantwoordelijkheid van de marketingafdeling en tijdens de roadshow heb ik nauwelijks het woord gevoerd. Zoals u ziet ben ik namelijk helemaal niet goed in het optreden in het openbaar.”

Dat het Ministerie van FinanciĆ«n naar aanleiding van de beursgang van World Online besloot om de regels voor reclame voorafgaande aan een beursgang aan te passen, doet Brink niets. “We hebben ons gehouden aan de regels die toen golden. Als er een stopbord staat, stop ik. Maar er stonden toen geen stopborden.”

Ook de verantwoordelijkheid voor het onvolledige en vage prospectus wijst Brink van de hand. “Ik heb altijd geijverd voor transparantie in het prospectus. Op het moment van zo’n beursgang leef je echter onder een geweldige druk. Je cijfert jezelf weg. Ik sliep maar drie uur per nacht.”

Had ze dan niet tenminste van tevoren moeten zeggen dat ze tweederde van haar aandelen tegen een veel lagere koers dan de introductiekoers van de hand had gedaan? In de aanloop naar de beursgang kreeg ze diverse kansen om dat te doen. “Achteraf had ik dat moeten doen”, zegt Brink. “Ik ben niet volmaakt. I am a human being. Ik heb niet de indruk dat ik een verkeerde voorstelling van zaken heb gegeven.”

Koude kleren

“Maar ik vraag me af of dat de zaak had veranderd”, vervolgt Brink. “Alle internetaandelen zijn fors in waarde gedaald. Van Newconomy is ook niets meer over. En je kunt mij toch niet de schuld geven van het in elkaar storten van de Nasdaq.”

In tegenstelling tot haar advocaat heeft Brink wel medelijden met de particuliere beleggers die veel geld hebben verloren met beursgang van World Online. “Ik vind het vervelend dat particulieren geld hebben verloren. Maar ook ik heb geld verloren.”

Brink heeft bovendien nog altijd te lijden onder alle commotie. “Ik ga nog steeds gebukt onder de situatie. Zoiets gaat je niet in de koude kleren zitten. Voor mij zal dit nooit over gaan.”