Tweede-Kamerlid Marijke Vos (GroenLinks) wil weten waarom het ministerie van Justitie niet bijhoudt hoe vaak de overheid in Nederland telefoons aftapt.
Twee weken geleden besloot de Amsterdamse rechtbank dat het ministerie van Justitie geen verder onderzoek hoeft te doen om te achterhalen hoeveel telefoontaps er jaarlijks plaatsvinden. Maurice Wessling van de digitale-burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom (BoF) was naar de rechter gestapt om daar opheldering over te krijgen.
Het ministerie van Justitie maakte tot 1994 jaarlijks bekend hoe vaak er werd afgetapt in Nederland. Sindsdien gebeurt dat niet meer. Wel heeft de regering in 1998 en 1999 cijfers bekendgemaakt. In die jaren werd telkens tienduizend keer getapt – fors meer dan aan het begin van de jaren negentig toen het aantal telefoontaps rond de 3500 per jaar lag.
Vos wijst er in haar kamervragen ook op dat Nederland in vergelijking met andere landen veel aftapt. Zo werden in de Verenigde Staten in 1999 1277 telefoons afgetapt; in Engeland zou er dat jaar 1933 maal zijn getapt.
“Hoe verklaart u het enorme verschil met het buitenland, bijvoorbeeld het feit dat er relatief veertig maal zoveel getapt wordt als in de Verenigde Staten”, wil Vos van de ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken weten.
Het GroenLinks-kamerlid wil ook dat de regering alsnog met de aftapcijfers over de tweede helft van de jaren negentig komt. Ook vraagt ze de regering te overwegen om een deskundige aan te stellen die jaarlijks rapporteert over het aantal telefoontaps. In Groot-Brittannië bestaat zo’n functionaris al: de Communications Commissioner.