Nederlands spamverbod

Dat er een spamverbod komt in Nederland, staat vast. Dat moet van Brussel. De Nederlandse anti-spamregels zijn een uitvloeisel van twee Europese richtlijnen: de Richtlijn voor Privacy in de Telecommunicatiesector en de Richtlijn voor Elektronische Handel (ook wel bekend als de e-commercerichtlijn). De vijftien landen die lid zijn van de Europese Unie, moeten dergelijke richtlijnen in nationale wetgeving omzetten.

De Richtlijn voor Privacy in de Telecommunicatiesector, die het Europees Parlement in mei 2002 aannam, gaat het verst. Volgens deze richtlijn mogen bedrijven alleen nog maar commerciële e-mail versturen naar mensen die zich daarvoor hebben opgegeven, een zogeheten opt-in systeem. Bij wijze van overgangsregeling mogen de bedrijven gebruik blijven maken van de adressenbestanden die ze nu reeds tot hun beschikking hebben.

Aanvankelijk waren Nederlandse spambestrijders sceptisch over de manier waarop de Nederlandse regering de Richtlijn voor Privacy in de Telecommunicatiesector in Nederlandse wetgeving omzette. Sjoera Nas van Bits of Freedom wees er tijdens een hoorzitting in de Tweede Kamer op dat de handhaving van het spamverbod onduidelijk was. Bovendien was onduidelijk op wat voor boetes of straf spammers konden regelen, meende Nas.

Boete

Voor de laatste klacht lijkt inmiddels een oplossing. De PvdA’er Martijn van Dam heeft een amendement ingediend waardoor er een maximale boete van 4.500 euro op het versturen van spam komt te staan. Dat is overigens lager dan de boete die spammers in Groot-Brittannië kunnen krijgen: daar bedraagt de maximumboete 5.000 pond (7.200 euro).

Nas is blij dat spammers nu beboet kunnen worden, maar houdt nog wel een slag om de arm. “Gaat het hierbij om een boete van 4.500 euro per ontvangen bericht of om 4.500 euro per spamrun? Als dat laatste het geval is, is het voor sommige spammers wellicht toch aantrekkelijk om door te gaan met hun activiteiten.”

Van Dam: “In mijn voorstel staat dat de verzender moet kunnen aantonen dat de ontvanger om de mail heeft gevraagd. Ik heb niet voor niets het woord ‘ontvanger’ gebruikt en niet ‘ontvangers’. Wat mij betreft geldt die boete dus per ontvangen bericht. Maar uiteindelijk is het natuurlijk de rechter die beslist hoe de wet wordt geïnterpreteerd.”

Handhaving

Wie de handhaving voor zijn rekening gaat nemen, is ook nog altijd onduidelijk. Volgens de nieuwe Telecomwet (waarin de Richtlijn voor Privacy in de Telecommunicatiesector is verwerkt) zou die verantwoordelijkheid terecht komen bij de telecomwaakhond OPTA en het College Bescherming Persoonsgegevens (CPB). Bij de implementatie van de e-commercerichtlijn is besloten om de Economische Controle Dienst (ECD) bevoegdheden te geven voor het aanpakken van spammers.

“Er dreigt een woud aan handhavers te ontstaan”, aldus Nas. “De Tweede Kamer zou de OPTA moeten oproepen om de handhaving met de andere instanties te coördineren. Ook moet er een site komen waar consumenten eenvoudig terecht kunnen met hun klachten over spam.”

Van Dam erkent het probleem en steunt Nas’ voorstel voor één centrale site. “De consument zou op één plek terecht moeten kunnen. In Oostenrijk is het mogelijk om een spambericht door te sturen naar een e-mailadres, waarna er actie wordt ondernomen. Iets dergelijks zou ook in Nederland moeten gebeuren.”

VNO-NCW

Of Van Dams voorstellen door de rest van de Tweede Kamer zullen worden overgenomen, is nog onduidelijk. Aanvankelijk leken er weinig problemen, maar na een brief van VNO-NCW besloot Justitie-minister Piet Hein Donner een amendement van Van Dam ‘ernstig te ontraden’.

VNO-NCW ziet niets in het voorstel van het PvdA-kamerlid Martijn van Dam om het spammen van bedrijven te verbieden; aanvankelijk werden alleen consumenten door het spamverbod beschermd. “Ondernemingen blijven wel degelijk ook graag ongevraagde elektronische post ontvangen van hun collega-ondernemers”, aldus VNO-NCW.

Ook is de ondernemingsorganisatie ertegen dat bedrijven moeten kunnen bewijzen dat consumenten hebben gevraagd om het ontvangen van commerciële e-mails. “Dat is de omkering van de bewijslast. Dat is heel ongebruikelijk in dit land”, aldus Paul de Graaf van VNO-NCW.

NLIP

De brancheorganisatie van Nederlandse internetaanbieders NLIP heeft forse kritiek op de opstelling van VNO-NCW. De NLIP vreest dat handhaving van het Nederlandse spamverbod ‘praktisch onmogelijk’ wordt als de Tweede Kamer de oren laat hangen naar de wensen van VNO-NCW. “Een aantal bedrijven – vooral in de direct marketing-sfeer – die hard roepen, heeft het kennelijk voor het zeggen bij VNO”, aldus NLIP-directeur Hans Leemans.

Ook diverse ondernemers zijn niet te spreken over het standpunt van hun belangenbehartiger. Zij besloten hun spam door te sturen naar VNO-NCW. Deze actie leidde ertoe dat de ondernemingsorganisatie het spamstandpunt op haar site nuanceerde. Ook VNO-NCW is tegen spam, zo benadrukt de organisatie nu. Dat is echter geen reden om de kritiek op de voorstellen van Van Dam te laten vallen.

Ten onrechte, meent het PvdA-kamerlid. “Als bedrijven zich van tevoren aanmelden voor het ontvangen van commerciële berichten of als er een bestaande of voorbije klantrelatie tussen twee bedrijven is, blijft het versturen van commerciële e-mail gewoon mogelijk. Ondernemers blijven voldoende ruimte houden om elkaar op de hoogte te houden van aanbiedingen.”

Gevolgen spamverbod

Of het spamverbod direct merkbaar zal zijn in de inboxen van Nederlandse internetters, is twijfelachtig. Verreweg de meeste spam die Nederlanders tussen hun mail aantreffen, is afkomstig uit het buitenland. Dat betekent echter niet dat het Nederlandse spamverbod compleet zinloos is.

In de eerste plaats biedt de anti-spamwetgeving de mogelijkheid om Nederlandse spammers aan te pakken. De hoeveelheid Nederlandse spam neemt de laatste maanden snel toe. Kwam tot vorig jaar alleen het inmiddels failliete AbFab in het nieuws als spamverstuurder, intussen zijn er tal van Nederlandse bedrijven die zich bezighouden met het versturen van ongevraagde, commerciële e-mail.

“Er is een duidelijk toename te zien”, stelt Rejo Zenger van Spamvrij.nl, een stichting die zich bezighoudt met de bestrijding van spam. “Een jaar geleden werd er in Nederland gemiddeld net iets minder dan één spam per dag verstuurd, vermoedelijk zitten we nu op twee tot drie spamruns per dag.”

Verenigde Staten

Ook zorgt het Europese spamverbod – dat eind dit jaar behalve in Nederland ook in de rest van de Europese Unie van kracht zal zijn – er waarschijnlijk voor dat de druk toeneemt op Amerikaanse beleidsmakers om strenge anti-spamwetgeving aan te nemen. “Door strenge anti-spamwetgeving aan te nemen in Nederland, komen we steviger te staan in de discussie met de Verenigde Staten”, aldus Van Dam.

Erkki Liikanen, de Eurocommissaris voor de informatiemaatschappij, heeft er onlangs al bij de Verenigde Staten aangedrongen om daar ook een opt-in systeem voor e-mail in te voeren. Een aantal Britse parlementariërs deed eerder deze maand hetzelfde.

Op dit moment bestaat er nog een lappendeken van anti-spamwetten in de Verenigde Staten. Iets meer dan de helft van de Amerikaanse staten heeft zijn eigen anti-spamwetgeving ingevoerd, maar duidelijke federale (voor het hele land geldende) anti-spammaatregelen ontbreken nog.