De taalhacker

Een vreemde taal leren in een paar maanden. Volgens de Amerikaan Gabriel Wyner is dat veel makkelijker dan je denkt. Zolang je het maar helemaal anders doet dan vroeger op de middelbare school.

Het is dat al die norse Parijse obers tegenwoordig helemaal niet meer zo nors zijn en bovendien vrij goed Engels spreken. Anders zou het mijn zonnige humeur op het terras in de Franse hoofdstad goed hebben kunnen verpesten: de treurige constatering een paar jaar geleden dat ik me eigenlijk nauwelijks verstaanbaar kan maken in het Frans. Ondanks al die jaren woordjes stampen en grammaticaregels leren op de middelbare school.

Maar hoe komt dat eigenlijk? Heb ik gewoon een geheugen als een vergiet? Ontbreekt het mij simpelweg aan een talenknobbel? Of lag het misschien aan de manier waarop ik ooit Frans heb geleerd? Volgens Gabriel Wyner is het dat laatste: het klassieke taalonderwijs is helemaal verkeerd.

Wyner heeft enig recht van spreken. Omdat hij operazanger wilde worden, leerde de Amerikaan de afgelopen jaren in een adembenemend tempo tal van nieuwe talen. Dankzij een intensieve taalcursus leerde hij in veertien weken Duits en na twee maanden in Perugia sprak hij al Italiaans.

Weer terug in de Verenigde Staten ontwikkelde hij vervolgens zijn eigen leermethode die hem in staat stelde om met korte dagelijkse sessies heel snel een nieuwe vreemde taal onder de knie te krijgen. Frans kostte hem zo slechts vijf maanden, terwijl hij na negen maanden Russisch sprak. Inmiddels is hij bezig met Hongaars.

In zijn boek Fluent Forever: How to Learn Any Language Fast and Never Forget It, dat deze week in een Nederlandse vertaling verschijnt (De Taalhacker, uitgeverij Maven Publishing), legt hij uit hoe hij te werk gaat.

Chinezen

Terwijl in het traditionele taalonderwijs de nadruk aanvankelijk sterk ligt op woordjes en grammatica begint Wyner met uitspraak. Niet zo gek, want zo leren kinderen ook een taal. Sterker nog: door goed te luisteren naar wat de mensen in hun omgeving zeggen, leren kinderen welke klanken belangrijk zijn.

Dat verklaart bijvoorbeeld waarom Chinezen het verschil tussen de l en r zo moeilijk kunnen horen. In hun omgeving doet dat verschil er immers niet toe. Omgekeerd klinken de Hongaarse ‘ty’- en ‘gy’-klanken voor de gemiddelde Amerikaan of Nederlander identiek. Simpelweg omdat dat verschil in onze talen niet voorkomt.

De uitspraak van woorden leren, kan door bijvoorbeeld een boek te lezen en tegelijkertijd de luisterversie op te zetten. “Op die manier worden de verwarrende en onbekende schrijfwijzen en klanken van woorden opeens een stuk minder verwarrend”, schrijft Wyner. “Dat maakt het een stuk makkelijker om die woorden vervolgens te onthouden.”

Maaidorsmachine

Want stap twee is inderdaad weer woorden leren. Maar dan wel helemaal anders dan je gewend bent.

Eén van de herinneringen die ik aan de Franse les op de middelbare school bewaar, is dat ik al vrij snel de vertaling van ‘maaidorsmachine’ (moissonneuse-batteuse) uit mijn hoofd moest leren. Een woord waarbij ik me in het Nederlands al nauwelijks een voorstelling bij kon maken. Laat staan dat ik verwachtte dat er ooit een situatie in mijn leven zou komen waarbij ik dat woord daadwerkelijk zou gaan gebruiken.

Het leren van dergelijke woorden is volgens Wyner helemaal fout. Als je met een nieuwe taal begint, kun je je beter focussen op de woorden die mensen het vaakst gebruiken. “Waarom zou je ‘nichtje’ leren als je ‘moeder’ tachtig keer zo vaak nodig hebt.”

“Nadat je duizend woorden hebt geleerd, herken je 70 procent van alle woorden in een gemiddelde tekst”, stelt Wyner. “En met tweeduizend woorden heb je 80 procent van elke tekst gedekt.” Op zijn website heeft Wyner een lijst staan met 625 woorden die het vaakst worden gebruikt.

Gato… Kat…

Die woorden leer je niet, zoals vroeger op school, met de Nederlandse vertaling ernaast, maar via Google Images. Door woorden niet in je eigen taal maar via afbeeldingen te leren, onthoud je ze volgens Wyner veel makkelijker.

“Neem het woord gato – Spaans voor kat. Om dat te onthouden, ben je geneigd om de hele tijd ‘gato… kat…’ te herhalen. Net zolang totdat de klanken van die woorden een verbinding in je hersenen vormen.  Maar deze verbinding is te zwak om makkelijk te onthouden. Onderzoeken hebben herhaaldelijk aangetoond dat ons visuele geheugen veel sterker is.”

Door woorden met behulp van plaatjes te leren voorkomen je bovendien dat je bij het praten of lezen in je hoofd steeds een tussenstap moet maken: van ‘kat’ naar ‘gato’ bijvoorbeeld. “Als je ‘gato’ leest, wil je niet aan het Nederlandse woord ‘kat’ denken. Je wilt denken aan een echte kat.”

“Door het Engels over te slaan, oefen ik met het direct in een andere taal denken”, legt Wyner uit. “Dit leidt er niet alleen toe dat je sneller leert en de woorden beter onthoudt, maar ook dat je je veel sneller goed in een taal kunt uitdrukken.”

Hele dag voor de tv

Als je na een paar maanden een redelijke woordenschat hebt opgebouwd, kun je beginnen met luisteren, lezen en schrijven. “Lees of kijk wat je prettig vindt”, adviseert Wyner die zelf graag naar nagesynchroniseerde afleveringen van 24 kijkt om zich een taal verder eigen te maken. “Je kunt gewoon de hele dag voor de tv zitten en het levert nog wat op ook!”

Het eindigt uiteindelijk met spreken. Het liefst op een plaats waar iedereen de vreemde taal van je keuze spreekt. Dan moet je wel. Dat klinkt ook helemaal niet zo gek: wekenlang op Franse terrasjes zitten en dan eindeloos ouwehoeren met andere gasten. Of ehm… clientèle?

Dit artikel verscheen in Bright Ideas 23. De taalhacker is hier te bestellen.