De uitwisselsoftware van het Nederlandse initiatief ‘The Honest Thief’ zal de concurrentie met KaZaA aankunnen.
Dat zegt Pieter Plass, de Nederlandse oprichter van ‘The Honest Thief’. “Ik kan niet al te veel details geven over de software, maar het programma bevat enkele unieke aspecten die het attractief maken voor gebruikers van andere p2p-diensten. Dit is niet het zoveelste filesharing-programma.”
Hoewel Plass niet al te veel wil zeggen over de bijzonderheden van de software wil hij wel kwijt dat de snelheid ‘één van de unieke aspecten’ van de nieuwe software is.
Eerder had Steve Phenix, die de Amerikaanse woordvoering van The Honest Thief voor zijn rekening neemt, al gezegd dat de software is gebaseerd op Gnutella. Het Gnutella-netwerk staat er om bekend dat het zoeken en downloaden van bestanden juist meer tijd in beslag neemt dan bij meer gecentraliseerde uitwisselnetwerken zoals Napster en KaZaA.
Gevoelige informatie
Het programma van The Honest Thief is ontwikkeld door enkele programmeurs van het Centraal Bureau Bouwtoezicht (CBB). Plass is algemeen directeur bij het bedrijf dat zich bezighoudt met de begeleiding van omvangrijke bouwprojecten. “Het afgelopen jaar hebben twee ontwikkelaars aan het programma gewerkt, nu zijn er vijf mensen mee bezig”, aldus Plass.
The Honest Thief zal de uitwisselsoftware niet zelf aanbieden aan eindgebruikers. Bedrijven kunnen bij The Honest Thief een licentie op de software nemen. Volgens Plass heeft zich al één Amerikaans bedrijf gemeld. De naam van deze klant wil hij niet zeggen. “Dat is gevoelige informatie. Het is aan onze klant om met het nieuws naar buiten te komen.”
De eerste bètaversie van de software – bestemd voor (potentiële) klanten van The Honest Thief – zal ‘spoedig’ beschikbaar komen. In het tweede kwartaal van dit jaar moet de software voor consumenten op de markt komen.
Gunstige uitspraak
Het opstarten van een muziekuitwisseldienst is een riskante bezigheid. Napster werd in de Verenigde Staten verboden en ging failliet; en ook de bedenkers van KaZaA worden al tijden achtervolgd door de muziekindustrie. Plass denkt niettemin dat hij een ‘duurzaam zakenmodel’ in handen heeft.
Hij wijst daarbij op de uitspraak die het Amsterdamse Gerechtshof vorig jaar heeft gedaan in de zaak die de belangenbehartiger van de muziekindustrie, Buma Stemra, had aangespannen tegen KaZaA. Het Hof oordeelde dat de software van KaZaA niet illegaal is.
“Dat is een gunstige uitspraak. Nederland is niet uniek, maar de uitspraak biedt ons wel extra bescherming”, meent Plass. Dat de kaarten na de behandeling door de Hoge Raad wel eens helemaal anders kunnen komen te liggen, ziet hij niet als een bezwaar. “Dat maakt het wel wat lastiger. Maar we zetten de aanbieders van de software zo op dat ze niet makkelijk gesloten kunnen worden.”
Dialoog
Plass vreest niet dat hij zelf het slachtoffer zal worden van juridische stappen van de muziekindustrie. “We zijn alleen de ontwikkelaars, het zijn onze klanten die de software aanbieden aan gebruikers. Daarnaast hebben we ons ervan vergewist dat we niet makkelijk aangevallen kunnen worden door wie dan ook.”
Ondertussen pleit Plass voor een dialoog met de muziekindustrie. “Dat is ook de reden dat we ons niet al te zeer verstoppen.” Zelf is Plass niet in gesprek met de muziekindustrie. “Het is aan onze klant om dat te doen.”
Op de vraag of zijn Amerikaanse klant de p2p-dienst ook zonder voorafgaande toestemming van de muziekindustrie zal starten, kan Plass geen antwoord geven. “Dat weet ik niet. Maar gesprekken met de industrie zullen mogelijk flink wat tijd in beslag nemen.”